Whatsapp mij!

6. Als een ander het kan, kan ik het ook (jan 2020)


LACHEN EN EEN DUIM OMHOOG

De dagen na de uitslag van Dr. Dols kom ik erachter hoe gespannen ik eigenlijk ben geweest. Ik heb echt overal spierpijn. Bijzonder is dat ik mensen om mij heen vertel dat het allemaal meevalt en dat Robert heel ernstig vertelt dat het echt mis is. Hij is geschrokken van de grote tumor en ik ben heel opgelucht dat ik niet helemaal vol kanker zit en dat ik, in ieder geval voorlopig, nog niet dood ga.

15 januari 2020 De CT-geleide punctie: Ik heb even heel kort op het internet gekeken wat het ongeveer inhoud en me vooral gericht op de 'het valt reuze mee-berichten'. Dat kan echt!! Een soort filter in mezelf die alle negatieve reacties nog voordat ze tot me doordringen delete. Ik zie het positief en vertel mezelf dat het allemaal wel mee zal vallen. Mocht het uiteindelijk toch tegenvallen, zo realistisch ben ik dan ook wel weer, dan zie ik dat op het moment zelf wel. Als ik op het ziekenhuisbed richting het CT apparaat ga voor de ingreep zijn er verschillende witte jassen die me met een ernstig gezicht 'sterkte' toewensen. Hmmmm, dat heb ik eigenlijk toch liever niet. Ik ga lachend naar OK en wil het liefst dat mensen luchtig teruglachen en me succes wensen. Alleen een duim omhoog met een glimlach is ook helemaal goed. Ook een glimlach en een bemoedigend knikje , ook goed. Misschien heb ik momenteel een allergie voor (of is het tegen) serieuze gezichten . Daar zijn we dan ... het apparaat. Dat ken ik, ik heb er al eens in gelegen. Er staan 4 heren op me te wachten. Ze stellen zich allemaal voor en vragen me of ik het spannend vind. Ik zeg dat het wel meevalt. Gek genoeg meen ik het ook nog. Ik ben echt niet bang of zenuwachtig. De knop werkt misschien toch weer. Daarbij herhaal ik in mijn hoofd steeds de mantra:
origineel
ALS EEN ANDER HET KAN, KAN IK HET OOK.

Ik hoef alleen maar te liggen, hoe moeilijk kan het zijn? Dus ik ga op mijn buik op het apparaat liggen en geef me helemaal over. Ik heb het volste vertrouwen dat iedereen in die kamer zijn uiterste best doet en dat het helemaal goed komt. Ik krijg een verdoving en ze gaan aan de slag. Eén van de artsen vraagt of ik wil weten wat ze aan het doen zijn. Dat hoeft van mij niet zo. Als ze me garanderen dat ik niets meer voel, hoef ik het allemaal niet te weten. Ik als beelddenker heb al genoeg op mijn netvlies zonder operatieverhalen. Met de CT-scan, lokaliseren ze heel nauwkeurig de tumor en dan prikken ze er in... Omdat de tumor helemaal onderin de rechterlong zit, is het lastig om hem aan te prikken. Bij iedere ademhaling beweegt de long, hij wappert dan een beetje. Mijn taak is zo oppervlakkig mogelijk ademen. Ik neem mijn taak heel serieus. Het is natuurlijk ook mijn lichaam waar ze met een joekel van een naald in gaan prikken. Ik krijg een compliment dat ik heel goed oppervlakkig kan ademen ... YES ... dat oppervlakkig ergens op een bepaald moment nog een deugd zou zijn. Je kunt maar ergens goed in zijn!!

En klaar alweer! Kijk aan, dat viel inderdaad reuze mee. De arts zegt dat ik wat bloed op kan hoesten, dit is heel normaal. Ik moet een paar uren plat op bed blijven liggen en dan als de longfoto goed is, mag ik aan het einde van de middag naar huis. Dat klinkt goed! Er is gevaar op een klaplong, maar ik ben in goede handen; ze houden me in de gaten ... Oei ... klaplong, dat klinkt dan weer minder goed. Ik word origineelteruggereden naar mijn kamer, waar Robert op me zit te wachten. Dan ineens voel ik een hoest opkomen. Heel voorzichtig hoest ik, en nog een keer, toch maar iets harder hoesten. Ik vind het heel spannend en ben bang dat ik door het hoesten misschien een klaplong krijg en ik proef inderdaad bloed. Met tegenzin geef toe dat ik me toch niet zo heel lekker voel. Slapen dan maar, dat is altijd goed voor het herstel. Regelmatig komt er een verpleegster checken hoe het met me gaat. Temperatuur, pols/zuurstof saturatie, bloeddruk en verder slapen. Een uurtje later weer een controle ... en weer verder slapen. Dan blijkt de zuurstof saturatie te laag te zijn. De verpleger overlegt even en er wordt besloten dat er een longfoto gemaakt gaat worden. Hiervoor hoef ik mijn bed niet uit te komen, dit doen ze gewoon aan het bed. Ik moet zo plat mogelijk blijven liggen, op een harde metalen plaat. Gelukkig is er niets aan de hand, geen klaplong. Pfieuw! Ik kan me er geen voorstelling van maken en dat wil ik graag zo houden. Als ik rechtop mag gaan zitten, merk ik dat het slapen me goed gedaan heeft. Ik voel me iets beter en mag er even uit om te plassen. We vragen een voorbijlopende verpleegster wanneer ik naar huis mag. Ze weet het niet en gaan voor ons informeren. Ze komt terug om te vertellen dat er eerst nog een foto gemaakt moet worden. Een verpleegster komt me tegen 15u met een rolstoel halen voor een longfoto. Ze parkeert me in een zaal, met allemaal soort van parkeervakken, waar nog meer mensen wachten. Mensen in een rolstoel en mensen in een bed. Ze scant mijn patiëntenbandje om mijn pols en zegt dat iemand me zo komt halen voor de foto. Het klopt, even later komt inderdaad iemand anders me halen voor de foto.
Na de foto word ik weer in de parkeerzaal gezet en vanaf daar word ik weer opgehaald en teruggebracht naar de zaal. Na een uurtje voel ik me echt stukken beter en willen we heel graag naar huis. Het wachten is echter nog op de uitslag van de longfoto, pas als die in orde is bevonden, dan mogen we naar huis. Robert vraagt een verpleegster of we al weg mogen. Ze belooft dat ze het navraagt. Ze zitten eerst in deorigineel overdracht, want het is inmiddels16u en dan is er de wisseling van de wacht. Hm, dit duurt wel heel lang. Een uur later vraagt Robert het nog een keer en even later nog een keer. Dan zegt Robert: "we pakken in en vertrekken, als het niet goed is, bellen ze maar op en dan komen we wel terug "... ik vind het nogal lef hebben, had het alleen nooit gedaan, maar ga er graag in mee. Ik vind het wel krachtig! De verpleegster vindt het iets minder geslaagd omdat de uitslag nog steeds niet bekend is. Ze zegt dat het op eigen risico is als we tegen het advies van het medisch personeel vertrekken.
Robert en ik knikken, prima, eigen risico, dat kunnen we er best bij hebben, het hele leven is toch uiteindelijk op eigen risico ... Ik vind het wel stoer zo weglopen op eigen risico, tegen medisch advies in. Dat zou ik ook met de kanker willen doen; gewoon de diagnose weigeren, nee bedankt, ik doe hier niet aan mee ... daaaaaaag ...


En zo lopen we terug naar de auto ...

 

Vorige: 5. Je weet pas hoe het voelt als je het zelf mee maakt

Volgende: 7.  Als ze geen humor heeft, wil ik iemand anders