Whatsapp mij!

36. Mooie plannen


Jeetje, wat een verhaal was dat! Ik heb verschillende keren gehoord dat ik nog wel een emotionele terugslag zou krijgen, maar nog steeds niets van gemerkt. [klopt af op ongelakt hout] Een tijdje heb ik mijn adem ingehouden, maar ik heb besloten om toch maar door te ademen…

In september 2022 start ik met een thuisstudie: ‘Allround coach’. Het onderdeel ‘Life coach’ rond ik af met een 8.2, Stress- en Burn-out coach met een 7,3 en Budget coach met een 7.9... Ik kan nu vol enthousiasme melden dat ik de indruk heb dat het reuze meevalt en dat ik het nog steeds heerlijk vind om me in kennis onder te dompelen. Mijn concentratievermogen is nog steeds een beetje zwak, hier en daar, maar ik geniet er van! Grappig is dat ik mijn eigen coping strategieën tegenkom. Het staat gewoon beschreven!origineel

De copingstrategieën zijn verdeeld in drie clusters: Situatie actief aanpakken, situatie ontwijken en opstandig worden. Ik doe dus de eerste; ik reguleer mijn emoties, maak plannen, zoek steun bij familie en vrienden, zoek naar oplossingen en praat met anderen. TADAAAA “de eerste kolom, de situatie actief aanpakken, geeft de meeste kans op een effectieve benadering van het probleem”. Het staat er gewoon! Er zijn nog meer mensen die het zo doen! Dus dat betekent dat ik andere mensen kan begeleiden om hun copingstrategie te finetunen tot iets dat helpend is.

Het kankerverhaal verschuift steeds verder weg. Ik denk er niet eens meer dagelijks aan, soms lijkt het op een boek dat ik ooit gelezen heb. Volgens mij heb ik er ook geen trauma aan overgehouden. Ik ben niet angstig in ziekenhuizen en flip niet als ik een dokter op tv zie. Ik loopt grappend het ziekenhuis in en kom er lachend weer uit. Niks aan het handje, alles oké.

En dan staat op een dag de CT-scan weer op het programma. Licht en luchtig verschijn ik op mijn afspraak. Het inspuiten van mijn port-a-cath doet pijn, het was me al eerder opgevallen, maar ik dacht dat het zou wegtrekken als ik het negeer. Niet dus, ik houd mijn adem in. Ik vraag aan de verpleger of het kan dat mijn bloedvat op scheuren staat. Ze kan me daar niet zoveel over vertellen. Ze heeft nog nooit iemand gesproken die het inspuiten pijnlijk vindt. Ze raadt me aan dit voor de scan te vragen, wellicht weten zij er meer van af. Dus ik stel aan de maker van de scan de vraag of mijn bloedvat kan scheuren onder druk van het contrastvloeistof. Hoe groot is dat vat eigenlijk? Zit het slangetje nog wel goed? Wat gebeurt er als mijn vat scheurt? Hoe snel zijn jullie? Hmm, ik maakte me toch meer zorgen dan ik dacht. De medewerkers bij het CT-apparaat beantwoorden vol geduld alle vragen. De inspuitsnelheid van het contrastvloeistof kan omlaag, misschien dat het iets scheelt. Ik heb de indruk dat de jongeman, die mijn infuus aansluit, nog nieuw is. Hij beantwoordt de vraag of het vat kan scheuren opvallend eerlijk. Ik wil eigenlijk het liefst horen dat die kans wel heel heel heel klein is. Of eigenlijk wil ik gewoon dat hij me vertelt dat dat ab-so-luut onmogelijk is.
origineel
Hij legt me uit dat dit natuurlijk best kan gebeuren, maar dat ze het niet verwachten. Zijn collega maakt het goed; ‘de kans dat een vat scheurt, is zo klein, dat gebeurt echt niet. Die pijn in uw nek is vast spanning in de spieren omdat u de spieren aan spant’. Pfieuw, beter, ik voel mezelf rustig worden. Als ik nu een dier zou moeten kiezen, kies ik een struisvogel.
We gaan beginnen. Adem in, adem vasthouden, en ademt u maar weer door. We doen dit een aantal keer. Heel eerlijk vind ik dit altijd heel fijn rustgevend. Tot de vloeistof erin gepompt wordt, dat voelt vreemd, prikkend, onnatuurlijk. Meestal word ik gewaarschuwd dat het vloeistof eraan komt, maar deze keer niet. Ik ben nog aan het nadenken wat ik fijner vind; een aankondiging of de verrassing. En voorbij is het alweer. De jongeman komt binnen en vraagt of het gaat. Opgelucht dat het alweer voorbij is, zeg ik ‘ja, hoor!’. Goed dan kunnen we beginnen. HUH … dit was de test? De hele riedel nog een keer en ik merk dat, nu de angst op scheurende vaten, weggenomen is, de pijn ook veel minder is. Dat is bijzonder! Het prikt ook niet meer. Ik voel het in mijn hele nek, maar dat is de spanning.

Zoals altijd, volgt ook nu de uitslag van de scan bij dokter Hasami. Ben ik zenuwachtig? … Ja, dat ben ik. Ik voel me angstig en vraag me af of dat een teken is. Meteen zie ik de koppen alweer voor me met allemaal emotionele one-liners. Woesjh .. weg ermee. We zitten te wachten in de wachtkamer en ik denk terug aan 23 december, toen we nog veel langer zaten te wachten. De dokter roept ons binnen en in een flits denk ik nog iemand in de kamer te zien. Kijk, daar gaan we, er is weer een speciaal iemand ingevlogen die gespecialiseerd is in mensen die instorten tijdens of na het gesprek. De kamer is leeg en de dokter steekt van wal. ‘Wij hebben een CT-scan gemaakt en de uitslag is goed. Wij zien daar niets bijzonders op. Ik stel voor dat we over een jaar weer een scan laten maken.’ Origineel

Een jaar … ? …

Hij ziet mijn vraagteken en leest op van zijn scherm: 2020 operatie? En 2022 weer een operatie, maar dit was een ontsteking, toch? Ik zeg dat het klopt. Hij zegt, ‘hier doen we het eerste jaar iedere drie maanden een scan, daarna eens per half jaar en het jaar daarna een keer per jaar.’ Ik kom met een tegenvoorstel; half jaar? Hij knikt, dat is ook goed. Als er iets is mag ik eerder terug komen.
Dusssss, daar ga ik. Ik raak langzaam maar zeker los van de kanker. Nog een beetje op mijn hoede, maar dat zal ook wegtrekken.

 

 

Vorige: 35. We kopen een huis in Onstwedde

Volgende: 37. Waarom heb ik hem nog